Sinds het begin van deze eeuw ben ik op woensdag vrij. De sneeuw trok mij naar buiten en ik ben heerlijk de besneeuwde paadjes op gegaan in Oostvoorne. Het was koud, zeker met de ijzige wind uit het oosten.
Ik kwam veel wandelaars tegen met een grote lach op hun gezicht. Mensen zijn echt aan het genieten van de prachtige natuur. Heerlijk om met dit weer naar buiten te gaan en te genieten van de sneeuw, de vorst en hopelijk
in de komende dagen van schaatsen op natuurijs.
Tot mijn verbazing kwam ik zelfs een aantal langlaufers tegen. Dat is nog eens een mooi voorbeeld van “de-wat-kan-er-wel-gedachte”. We kunnen niet op wintersport en sommigen vinden dat ze daar echt aan toe zijn en er
soms zelfs recht op hebben. Dit bewijst maar weer hoe moeilijk we het vinden
als er iets tegenzit en als iets niet gaat zoals we willen. Dat is wat welvaart
met ons doet. We nemen alles maar voor lief en bij de eerste de beste tegenslag schieten we een beetje in de stress en worden we wat narrig. Dit heeft iets te maken met onze zelfredzaamheid en het lijkt er op dat sommigen deze eigenschap steeds minder hebben.
Dat maakt buitensporten ook zo mooi. Dealen met de weersomstandigheden,
met de afstand, met het parcours en met het stemmetje in je hoofd. In deze rare tijd moet je nog zelfredzamer zijn want verzorgingsposten zijn er niet en ook is het niet mogelijk om ergens een kop koffie te drinken.
Vergeet je niet om een paar uur vrij te nemen en te genieten van dit fantastische weer? De volgende keer is wellicht pas over een paar jaar……of
helemaal niet meer. Wie zal het zeggen: dus hup naar buiten!
“Lichamelijke inactiviteit is een pandemie. Nu een andere pandemie in onze samenleving rondwaart, is het belang van bewegen nog crucialer”.
Erik Scherder – Hoogleraar neuropsychologie